Krijg je een kitten? Gefeliciteerd! En ook een beetje sterkte… Want met zo’n nieuw huisgenootje komt er opeens ontzettend veel op je af. Je wilt ze graag een nest geven wat net zo warm is als het nest waar ze uitkomen. De eerste periode is belangrijk om samen een goede band op te bouwen. Wij helpen je op weg met handige tips!
Haal de spulletjes voor de komst van je kitten alvast in huis. De volgende spullen raden wij aan om in huis te hebben voordat de kitten komt:
Kittens zijn van nature heel nieuwsgierig. Ze zitten overal aan en springen overal op. Maak je huis en tuin daarom zo veilig mogelijk:
Gevaarlijk en dus uit de buurt houden: Chocolade, druiven/rozijnen/krenten, xylitol (zoetstof in kauwgum, snoep en soms ook ontbijtkoek en pindakaas), waxinelichtjes, batterijen, schoonmaakmiddelen en medicijnen.
Eindelijk mag je de kleine ophalen. Zorg voor een kattenreismandje waarin je kitten veilig vervoerd kan worden. Leg er een zacht kleedje in en als het kan een lapje of knuffeltje met nestgeur. Je kunt het kleedje ook inspuiten met een speciale feromonenspray.
Laat het reismandje thuis even staan zodat je kitten een rustige en veilige plek heeft. Laat ze zelf kijken of en wanneer ze eruit willen komen. Als je andere huisdieren hebt, kun je het mandje het beste wat hoger zetten zodat je kitten rustig aan de geluiden, geuren en nieuwe omgeving kan wennen.
Sommige kittens zijn erg onder de indruk en misschien wat schuw. Andere hangen meteen in de gordijnen. Laat ze niet meteen door het hele huis gaan. De feromonenspray is ook nu weer handig om je kitten gerust te stellen. Er zijn ook verdampers die je in het stopcontact steekt.
Koop wat leuke kattenspeeltjes en een krabmeubel. Ook een kartonnen doos vinden ze vaak fijn. Zorg voor een veilige plek om de nacht door te brengen. Zet de kattenbak niet te dicht bij de slaap- en speelplek en zorg dat de kitten altijd goed bij het voer en drinkwater kan.
Niet alles in huis zal kittenbestendig zijn. Denk aan hangende snoeren, bedrading, maar ook giftige planten, medicijnen en antieke vazen. Let ook op met smalle kieren achter of onder meubels waar je kitten in kan kruipen en mogelijk niet meer uit kan komen.
Aai, speel en praat tegen je kitten. Laat jezelf niet bijten of krabben tijdens het spelen. Gebeurt dit wel, geef ze dan het speelgoed om te laten zien dat het daar wél mee mag. Raak ook de pootjes, voetjes, nagels, staart, oren en het bekje aan. Oudere katten vinden dit vaak niet prettig, maar het is soms wel nodig voor verzorging of medische behandelingen. Door je kitten dit nu al rustig aan te leren, heb je daar later profijt van.
De dierenarts zal je kitten wegen en onderzoeken op parasieten en medische afwijkingen. Je kunt de mogelijkheden voor een identificatiechip, sterilisatie of castratie bespreken. Daarnaast is het een goede oefening om te wennen aan de dierenarts, andere mensen en een ritje in de reismand.
Houd je katje de eerste vier weken binnen. Als je daarna samen met je kat naar buiten gaat, laat dan de deur open, zodat zij naar binnen kan rennen als het angstig is. Na een tijdje zal ze haar eigen huis makkelijk terugvinden.
Zet de televisie of radio iets harder of laat via internet geluidsopnames horen van bijvoorbeeld andere dieren, vuurwerk, onweer of klusgeluiden.
Tijdens de opvoeding van een kitten moet je veel investeren en incasseren. Soms kun je het kleintje wel achter het behang plakken. Maar vergeet vooral niet ervan te genieten. Voor je het weet is je kleintje groot en kijk je met een vleugje weemoed terug op al het kattenkwaad. Heel veel plezier met je nieuwe gezinslid!